donderdag 27 december 2012

In museum TwentseWelle


Nu staat hij helemaal kant en klaar in museum de TwentseWelle ; met film over het project en touchscreen waarop alle verbeeldingen van de rituelen worden beschreven. Als je in Twente bent ga even kijken.

De Rituelenkar is te bezichtigen in Enschede van 18 december t/m 3 maart 2013.



maandag 10 december 2012

Goastok

De goastok is een attribuut voor boeren, marskramers en veehandelaars. De stok gaat ook mee naar de kermis of naar de visite. Ook voor allerlei ceremoniële gebeurtenissen wordt de goastok gebruikt. De `brulfteneugers', de mannen die de gasten voor een bruiloft uitnodigen, gaan langs de deuren met een versierde goastok. Met de goastok wordt er op de deuren geslagen om te worden binnen gelaten.

Eenmaal binnen zingt men een lied. Dat begint met de regels:

`Goe'ndag in 't hoes

Hier zet ik mien koez (goastok)'



Als er een kindje geboren is, versiert de vader zijn goastok met slingers. Bij het aanzeggen van een overlijden gebruiken `groeveneugers' ook hun goastok. Men klopt met de stok op de deuren en vertellen dan wie er overleden is.

dinsdag 4 december 2012

HET recept

De heerlijkste soep om de Twentse winter door te komen: de humpkessoep.


dinsdag 27 november 2012

Boterham met chocoladehagel

'Ik eet elke ochtend een boterham met hagelslag', vertelt een meisje dat ik aanspreek in TwentseWelle. 'Ja, maar dat is een gewoonte', zeg ik, 'geen ritueel.'  
'De Azteken moesten vroeger elke dag een hart offeren', zegt het meisje,'dat is wel een ritueel. Dat deden ze om de goden rustig te houden, zodat er geen slechte dingen zouden gebeuren'. 'Hoe weet je dat allemaal?', vraag ik haar. 'De Azteken waren de eerste die chocola hadden en ik ben gek op chocola. Met mijn boterham met hagel denk ik even aan de Azteken.' 'Dus toch een ritueel...'




maandag 19 november 2012

meiboom

Een mevrouw wist een jaarlijks terugkerend ritueel in Denekamp te beschrijven aan ons.

In de maand mei haalt men een boom uit het bos. Een aantal jonge mannen gaan naar de landheer van landhuis Singrave om offciëel toestemming te vragen om een boom te kappen.. Als de toestemming verleent wordt, wordt de boom vervoerd met een platte wagen getrokken door paarden naar Denekamp.
De boom wordt dan overeind getrokken en daarna is er een groot feest rondom de boom.

De huidige paasgebruiken

Bernard ten Breul is de oudst bekende Judas. In 1894 had hij met Gerard Derkman van het Elferman als Iskariot de eer de paasgebruiken te mogen leiden. De gebruiken zijn nauwelijks veranderd. Op Palmzondag trekken Judas en Iskariot met een grote schare kinderen door het dorp voor het eiergaddern. Waar vroeger met name eieren werden verzameld, vraagt men tegenwoordig geld van de bevolking om de gebruiken te bekostigen. Op Paaszaterdag zorgt de mannelijke bevolking ervoor dat er voldoende hout wordt opgehaald voor het paasvuur. Op de Eerste Paasdag zet zich om 13.00 uur onder leiding van Judas en Iskariot een grote menigte zingend in beweging richting de havezate Singraven. Daar wordt de heersende "kasteelheer" om een paasstaak gevraagd. Deze wijst Judas en Iskariot drie bomen aan om uit te kiezen. Judas klimt bovenin de boom om het touw vast te maken. Ondertussen wordt begonnen met het hakken van de boom. Daarna worden lange kettingen gevormd van mensen die hand in hand de paasstaak naar het dorp slepen. Dit moet voor 15.00 uur klaar zijn, iedereen dient dan bij het paaslof in de Nicolaaskerk aanwezig te zijn. Na het paaslof trekt men massaal naar de "poasbult" om de paasstaak, met bovenin de teerton, te plaatsen. Wanneer deze rechtop staat, volgt het ritueel van verkoop van de paasstaak en van de ringen van de teerton. Tot slot nodigt Judas iedereen uit om 's avonds bij het paasvuur aanwezig te zijn.
Gerespecteerde Denekampse families nemen taken op zich om Judas en Iskariot te ondersteunen. Veelal wordt een taak doorgegeven van vader op zoon. Zo zorgen de families Wintels, Grote Punt en Rijnders al vele decennia voor het omhakken van de uitgekozen boom. En de families Wolkotte en Oude Elferink voor het graven van het gat voor de paasstaak. In het verleden vonden slechts drie keer de paasgebruiken niet plaats: in 1918, het laatste jaar van de Eerste Wereldoorlog, in 1945 toen Denekamp met Pasen werd bevrijd, en in 2001 vanwege de besmettelijke ziekte mond- en klauwzeer.

uit: http://www.regiocanons.nl/overijssel/twente/denekamp/paasgebruiken




woensdag 7 november 2012

nieuw ritueel

Met een dame in de TwentseWelle had ik een gesprek over rituelen, ze was nog redelijk 'jong' en vertelde wat haar was overkomen toen zij veertig jaar geworden was.
' Ik opende de deur van ons huis en in de tuin stond een stoel in de vorm van een 4, de tuin was versierd en er hingen veertig sokken aan een waslijn, het bleek dat de buren dit hadden gedaan. Ik moest er erg om lachen. Later hoorde ik dat er soms ook veertig dozen aan de waslijn worden gehangen... ik ben blij dat ze bij mij voor sokken hebben gekozen'.
Haar moeder, die naast haar stond, kende dit ritueel niet. Dat is nieuw, bij vijftig heb je Sara of Abraham, maar in mijn tijd had je niets voor veertig.


dinsdag 6 november 2012

carbidschieten

Veel mensen die wij gesproken hadden en dan voornamelijk mannen kwamen met het verhaal: carbidschieten. Het wordt gedaan op oudejaarsavond en vaak in een weiland.
Men pakt een conservenblik daar maakt men een gaatje in, het carbid zit er al in en is natgemaakt met wat spuug, een vuurtje bij het gaatje en de deksel schiet eruit. Maar ook werd er gesproken over een melkfles waar carbid in wordt gedaan, waarna de bus wordt afgesloten met het deksel. Het zich vormende ethyn wordt door een klein zundgat (of met een bougie) ontstoken en ontploft met een dreunende (met een grote bus vaak oorverdovende) knal, waarbij deksel of bal uit de bus schiet en tientallen meters verderop terechtkomt.



zaterdag 3 november 2012

Aanzeggen

‘Vroeger, nou nu nog wel hoor, als er iemand was overleden, dan werden de directe buren, de naaste noabers, of de nood noaber, degene die zich hiervoor heeft opgeworpen deze taken binnen het noaberschap op zich te nemen, ingelicht en die gingen dan aanzeggen. Eerst werd in het huis van de overledene een wit laken voor het raam gehangen.
Twee noabers gingen dan de huizen langs om te zeggen dat die en die is overleden, meestal werd er dan ook een borreltje gedronken. Ook zorgen die nood- of naaste noabers voor de hele afhandeling van de begrafenis zodat de familie zelf niets hoeft te doen.
Het aanzeggen, het afleggen, alles regelen, de kist dragen, zelfs de koffie en het eten na de begrafenis, alles wordt door hen verzorgd.
Vroeger waren er geen verzekeringen. Je was echt afhankelijk van de noabers. Het was geen vrijblijvende taak, het was een verplichting, maar die werd meestal wel met liefde uitgevoerd.

De begrafenisstoet die vanuit het sterfhuis gaat, als men niet vanuit het huis van de overledene vertrekt, langs het huis van degene die is gestorven: de hele stoet houdt dan 1 minuut stil, als teken van respect.
Als kind duurde dat voor mij een eeuwigheid, nu vind ik het juist heel mooi.’

boze geesten verdrijven

Toen ik bij mijn Twentse tante was, liet zij mij haar midwinterhoorn zien in de gang. Ik was wat teleurgesteld, aangezien ik een midwinterhorentje zag..., terwijl ik een enorm grote hoorn verwachtte. Dit baseerde ik op de vele gesprekken met de bezoekers die wij hadden gevoerd in TwentseWelle. Men sprak telkens over de prachtige akoestiek van de enorme hoorn die werd verkregen door boven een waterput te blazen.

Ik zag dat om dit horentje riet gedraaid was. Dit had ik ook gehoord van een meneer die mij wees op het vakmanschap van het maken van zo'n hoorn. De hoorn bestaat uit 2 helften uitgehold hout die werden verbonden met riet. Het riet werd om de 2 helften hout gedraaid en hield die op deze wijze bijelkaar.


Midwinter

Vanaf de eerste zondag in de Advent tot aan Drie Koningen weerklinkt in Twente het melancholieke geluid van de midwinterhoorn. Het oeroude gebruik stamt nog uit de tijd dat men in boze geesten geloofde. Met het blazen op de midwinterhoorn wilde men deze verdrijven. Later werd het gebruik gekerstend en gezien als verkondiging van de komst van het Christuskind.

canon van Ootarsum




donderdag 1 november 2012

GLUK IN'N TUK

oftewel: gelukkig nieuwjaar!

‘Ik kreeg op 1 januari altijd snijbonen met verse worst en in die verse worst moest dan een kruidnagel zitten.’

De traditie is om dan kniepekes te bakken en te eten: op oudejaarsdag plat en op nieuwjaarsdag als een rolletje. Het platte kniepertje staat voor het jaar dat zich al helemaal heeft ontvouwen, het opgerolde koekje (gevuld met slagroom) is het nieuwe jaar dat zich nog moet uitrollen. De naam van het koekje is ontleend aan het dichtknijpen van het bakijzer.

Ingrediënten:
250 g bloem
200 g witte basterdsuiker
125 g boter
1 ei, losgeklopt
1/2 tl kaneel
1 zakje vanillesuiker
extra boter om de bakijzers in te vetten
slagroom
Voorbereiding:
Los de suiker in 1,5 dl water op. Laat de boter smelten in de vloeistof. Zeef de bloem en roer er het ei met de kaneel door. Voeg het suikerwatermengsel geleidelijk toe, zodat een mooi glad deeg ontstaat. Laat een nacht afgedekt rusten.
Bereiding:
Verhit een rond, plat wafelijzer of bakplaat flink en vet het in. Leg een bolletje deeg ter grootte van een stuiter in het midden van het ijzer, knijp het ijzer dicht en bak aan beide kanten in 1 tot 2 minuten op halfhoge warmtebron gaar. Leg het net gebakken kniepertje weg om af te koelen. Wikkel het, als het nog niet helemaal koud en dus nog zacht is rond tot een rolletje. Bijvoorbeeld rond de steel van een houten pollepel. Laat afkoelen. Vul vlak voor het serveren met slagroom.

Varkensbloed


Vroeger trok de huisslachter van boerderij naar boerderij door heel Twente om het mestvarken te slachten. Het varken werd met de kop naar beneden aan een ladder vastgebonden en met een mes werd de keel doorgesneden. Het bloed stroomde uit zijn lijf, dit werd opgevangen en verwerkt in bakbloedworst en balkenbrij. Voor dat laatste werden de hersenen van het varken vermengd met bloed en meel.
Als dat was gebeurd was het tijd voor de noabers om de kwaliteit van vet en vlees te bekijken. Bovenal van het spek, want daar draaide het om, er werd gekeken hoe dik het spek van het varken was: het vetpriezen. Goed spek had een doorsnee van zo'n tien centimeter.
‘Vroeger na de nachtmis, in mijn herinnering was het altijd ontzettend koud, ging je naar huis om bakbloedworst en baklever te eten om weer lekker op te warmen.’
Nog steeds wordt bakbloedworst en baklever veel gegeten en als een typische Twentse traditie gezien.
'Je hebt ook toafelkes oavond: op Kerstavond, dan worden alle soorten vlees op tafel gezet:lever, worst, speklappen, gehaktballen... echt een feestmaal.'

woensdag 31 oktober 2012

het geluid van de foekepot door oudere heer


Die kracht...


Op zaterdag zijn we met de kar naar de markt in Enschede gegaan, daar stonden we naast de parfumkraam. ‘Heeft u een ritueel meneer?’ vroegen wij de koopman. 'Ik weet niet of het een ritueel is, maar ik lees soms weken achterelkaar, over de oude Griekse en Egyptisch beeldhouwkunst.' Nou als dat niet over rituelen gaat…

'Maar hier rijd ik regelmatig naar een dorp met oude gebouwen, pas nog naar Ootmarsum, daar heb je nog van die prachtige exemplaren. Dan voel ik aan die onderste stenen he, waar het gebouw op is gefundeerd, vaak zijn dat nog de echte oude stenen waar later weer nieuw op is gebouwd.   
En dan voel je gewoon de kracht... '



De Schutters Komen Eraan


'Elk jaar in de zomer worden hier nog schuttersfeesten gevierd. 
De mannen van het dorp zijn mooi uitgedost in een witte blouse met een groene broek en een groen hoedje op met een veer erop. 
 
Ze gaan een kleiduif afschieten, eerst schiet iemand een er een vleugel eraf, dan een poot, zo duurt dat wel een hele dag voordat de vogel uit de lucht geschoten wordt. De politie is erbij om de geweren aan te geven en te laden, want er wordt met echte kogels geschoten. De schutters zijn eigenlijk de oude politie van vroeger he...

Degene die de vogel uit de lucht schiet is de schutterskoning voor dat jaar. Zijn vrouw is de schutterskoningin. De oude schutterskoning komt aan in de koets en dan gaan de nieuwe schutterskoning en –koningin in optocht door het dorp, alle mannen erachteraan met houten geweren (want de politie heeft de echte) en orkestjes en natuurlijk drank.'

foekepotterij - oeke oeke oeke

Een oudere heer was zo vriendelijk om voor ons het liedje van de foekepotterij te zingen. Hij wilde zelf niet voor de camera, maar wilde wel zingen in mijn microfoon.

Een rommelpot of foekepot is een oud volksmuziekinstrument dat gebruikt werd in de Nederlanden.

In sommige streken van Nederland was het gebruikelijk op oudejaarsavond met de rommelpot van deur tot deur te gaan met een liedje zoals de oudere heer zo voor u gaat zingen!
 
Hij vertelde mij hoe hij in zijn jeugd de foekepot maakte: 'Een conservepot met daaroverheen een varkensblaas gespannen. Deze droog je eerst en daarna maak je die weer nat. Daarna doe je er een rietstaaf in en maak je je hand nat, daarna ga je er met je hand op en neer overheen. Het geluid dat het dan maakt is OEKE OEKE OEKE '. 

Foekepotterij in het Twentse stadje Goor:
Op de laatste dag van het jaar lopen de kinderen in het centrum langs de deur om geld of snoep op te halen.  Dit gebeurt hier op de laatste dag van het jaar.
 

dinsdag 30 oktober 2012

verjaardag

Bij een verjaardag in Twente hoef je niet worden uitgenodigd, maar kom je gewoon langs!

maandag 29 oktober 2012

Trouwen is feest...

en feest is drinken! Rijssen, ook wel de poort van Twente genoemd, is streng gereformeerd, het Staphorst van Twente zeg maar. Op het trouwfeest is ook de dominee aanwezig. Elk trouwfeest heeft een vast stramien: tot 20 uur is er koffie en denk maar niet dat je om 20.10 nog een kopje koffie kunt krijgen, want dan moet je aan de drank. Alleen wachten ze in Rijssen wel totdat de dominee weg is en dan pas zetten ze het op een zoep'n... Een vast ritueel daarbij is wie het eerst z'n broek durft te laten zakken.
Maar ook elders in Twente wordt stevig gedronken en als de geest is beneveld worden de bruid en de bruidegom ieder op zo een wankel cafestoeltje gehesen en dan hoog boven de schouders van de dragers uitgetild. De bedoeling is dat de bruid en haar gom elkaar een zoen geven, maar dat eindigt meestal op de grond... Om half twaalf krijg je een karbonade (als je wat minder te besteden hebt is het een gehaktbal) gevolgd door een kopje donderop (koffie). Beiden zijn bedoeld om weer te ontnuchteren.


Om klokslag 12 is het feest afgelopen, want ja de zaal is maar tot die tijd gehuurd...

witte wieven

Vele verhalen volgden over de witte wieven. Officieel wordt hierover gezegd: Mistflarden of mistbanken in Noord- en Oost-Nederland ook wel witte wieven genoemd. Witte wieven worden vaak in verband gebracht met heksen en/of spoken. Een mevrouw die wij spraken gaf haar interpretatie. 'De witte wieven verleiden jongens om op het pad te blijven, het is in feite bangmakerij om de jongens om te behouden bij de groep. Vroeger was dit gedeelte van Twente moerassig dus blijf op de weg, jonghmensch! Zij benoemde het als: Het moment dat de grond koud is en het water warmer, dan krijg je verdamping en dan op dat moment krijg je slierten die lijken op 'witte wieven': de geesten die je kunnen beschermen zolang je het rechte pad volgt.

Geen cadeaus maar cash en een bruidskoe

'Het meisje dat met een boerenjongen trouwt moet een koe meenemen voor haar aanstaande, dat is een oud gebruik, een soort bruidschat. Deze traditie wordt weer in ere hersteld. Laatst nog was er een boerenbruiloft in Boekelo en bracht de bruid haar koe mee.'

Als je wordt uitgenodigd op een trouwfeest dan vraag je niet 'wat zouden ze willen hebben?', maar je vraagt 'wat doet een bruiloft?', daarmee bedoelen ze hoeveel moet je geven. Want je geeft het bruidspaar geen cadeaus, maar geld, zodat ze uit de kosten van de bruiloft zijn. Dat wordt berekend: het feest met alles erop en eraan kost zoveel, er komen zoveel gasten dus dan kost het bijvoorbeeld 100 euro per echtpaar. Dat geef je op het feest aan het paar in een gesloten envelop. Op gegeven moment, na afloop van het feest, maar soms ook wel terwijl het feest nog in volle gang is, gaat het bruidspaar even apart zitten om de buit te tellen. 'Vroeger op boerenbruiloften kwam het wel voor dat pas na afloop van het feest geld werd gegeven, gewoon rechtstreeks in de hand van de bruidegom. Je kon dan eerst kijken hoeveel het feest je waard was. Als het goed was dan puilde de zak van bruidegom uit van alle briefjes van 100.'



Buurt maken

'Als je ergens nieuw komt wonen moet je buurt maken', vertelt de moeder van een hele goede vriendin van ons die is geboren en getogen in Twente.'Dat betekent dat je de buren tot 2 of 3 huizen verderop links en rechts en tegenover je uitnodigt op de koffie en een borrel om elkaar te leren kennen'. 'Toen ik vanuit Nijverdal naar Neede kwam heb ik geen buurt gemaakt. Ik vond dat toen ouderwets en ik had daar geen zin in. Ik had wel een heel goed contact hoor met al mijn buren, ik ging heel goed met iedereen om. Op gegeven moment was de dochter van de overbuurvrouw heel erg ziek en ze lag in het ziekenhuis. Toen dacht ik we moeten wat doen en toen heb ik voorgesteld om met de buren een hele mooie pop voor haar te kopen. Op de dag dat deze aan haar zou worden gegeven zeiden de buren dat ik niet meemocht. Nee dat kan niet zeiden ze, je kan niet mee, want jij hebt geen buurt gemaakt!'

Boogzetten

Als je gaat trouwen of als je het zoveel-jarige huwelijkssfeest viert zetten de buren (als het goed is) een boog. De mannen gaan met de trekker naar het bos om groen te halen (coniveren en dennegroen) en maken hievan een boog bij de woning van het bruidspaar. Het (toekomstige) bruidspaar zorgt voor de nodige borrel.

De vrouwen maken van crepe papier witte roosjes.


Op de trouwdag loopt het bruidspaar hieronder door.

De boog wordt na de feestdag weer ritueel afgebroken, dwz, de mannen halen alles weer weg terwijl ze de nodige borrels drinken die het bruidspaar hen aanbieden. Soms als de jonggehuwden op reis zijn wachten de noabers wel eens drie weken om de boog weer af te breken zodat ze de borrel in elk geval niet mislopen!

"Stoet met worst, dat is vrijerskost"

Toen wij in de bibliotheek van de Twentse Welle zaten viel ons oog op het boek Stip in de pan 'de Twenste keuken vroeger en nu door André Hottenhuis, Thea Kroese en Han Weustink '
Hier stond de Vrijerskost beschreven een ritueel voor huwbare dochters.

Huwbare dochters kwamen er vroeg of laat ook 'vrijers'. Viel de vrijer in de smaak dan werd hij meestal goed onthaald. Vandaar de uitdrukking: "Stoet met worst, dat is vrijerskost". Was de vrijer op een zeker moment niet meer welkom, dan kreeg hij zijn laatste onthaal. Zijn geliefde bakte voor hem een harst' spek waarin zo een flinke snee gemaakt had. Bij het bakken krulden de twee bijna –helften uit elkaar. De vrijer begreep de stille wenk onmiddellijk. De gespleten 'hart' symboliseerde de verbreking van de relatie: "Hee hef n spleetharst kreggen', was heel lang de standaarduitdrukking voor de bons krijgen. 


zondag 28 oktober 2012

de voordeur en de geest

Ik heb met een meneer gesproken die het had over de voordeur van de Twentse boerderijen, deze deur, zo beweerde hij, wordt zelden tot nooit gebruikt alleen bij een begrafenis of trouwerij. Volgens hem zat het zo:
Het lijk wordt achterste voren uit het huis via de voordeur verplaatst zodat de geest van de overledene verward raakt en niet meer terug keert in de boerderij.


heel veel naoberschap


Onder het naoberschap vallen verschillende rituelen, waaronder  kroamschudde:
Het pasgeboren kind wordt in een kring door de naoberschap bekeken en benoemt en eigenlijk welkom geheten in deze wereld.
Als een kind wordt geboren krijgt men:
-1 meter lange krentwegge
-1/2 pond koffie
-1/2 pond roomboter
Een oudere heer vertelt ons dat de halve pond koffie en boter uit de tijd stamt dat men niet veel geld had.

Een jong stel met twee kinderen vertelde over hun 1 meter lange krentenbrood op een plank. Normaal doen de buren dit maar bij ons hebben onze vrienden het gedaan, het was nog best moeilijk om een bakker te vinden die dit nog maakt. Ook dit valt onder naoberschap.



Vleesgeworden Sara

Wanneer iemand 50 jaar is geweest, wordt vaak gezegd dat hij Abraham heeft gezien.  Voor een 50-jarige vrouw wordt meestal Sara(h) genoemd. De jarige wordt vaak uitgebeeld met een pop en daarbij een treffende leuze over de jarige. Ook kan een Abraham of Sara als koek geschonken worden aan de jarige. 

Vandaag een mail het ontvangen van een van de geinterviewde mensen die ons bijspijkerde over Sara:

Hoi,

zie bijlage voor foto van levende  Sara, de jarige Sara moet raden wie de verklede Sara is. Dit is meestal een bekende van de Sara uit de familie uit de vriendenkring; in dit geval is het onze zoon van 11 jaar die onze jarige Sara (vrienden van ons) behoorlijk aan het denken heeft gezet, hij was na 30 min. nog steeds niet geraden wie hij/zij was.

en foto van de vlees Sara die is aangeboden als cadeau (geheel eetbaar).

veel succes. en tot ziens op de Twentsewelle

Groet van Fam. ....... uit Borne.

zaterdag 27 oktober 2012

Roma zigeuners in Enschede met hun overgrootmoeder

-->
Op de Enschedese markt kwamen wij twee vrouwen tegen, die licht beschaamd antwoordde dat zij geen Twentse rituelen kende: wij zijn zigeuners. Maar u woont toch ook in Enschede, ja antwoordde de vrouw mijn gehele leven al. We hebben wel een ritueel maar die is van ons zigeuners. Beide dames hadden een peuter in de kinderwagen zitten, waarschijnlijk moeder en dochter met kind. De moeder vertelde dat ze wel een ritueel hadden voor pasgeboren kinderen. Er wordt een foto van de overgrootmoeder opgehangen in de kinderkamer, die beschermt de pasgeborene tegen het onheil.


Fietsen door Enschede

Vandaag zijn wij op de Enschedes markt geweest op zoek naar nog meer Twentse rituelen.


lady Gaga in Twente


Vandaag zijn wij met de rituelenkar naar de markt in Enschede gefietst op zoek naar nog meer Twentse Rituelen:
 
Zoals bij alle Abrahams en Sara's wordt het huis versierd van buiten en wordt er een pop in de tuin gezet, waar het beroep of de hobby naar voren komt van de persoon die 50 geworden is. Als je veel hobby's hebt zie je die ook terug in de hoeveelheid aan poppen die er komen te staan in je tuin.

Het meest opmerkelijke ritueel vond ik het verhaal van de Abraham of Sara die door de slager geheel wordt gemaakt van vlees. De meneer en mevrouw die ons met veel enthousiasme vertelde dat zelfs de piemel met balletjes werden gemaakt van gehaktballetjes, verse worst en wat niet meer aan vlees. Allerlei soorten vlees worden verwerkt tot een prachtige Abraham of Sara waar lady Gaga nog een puntje aan kan zuigen.


Stiepelteken

Gisteravond was ik even op bezoek bij mijn tante in Hengelo in de gang voor de voordeur had zij een stiepelteken hangen. Mijn tante was zo aardig om het stiepelteken even te verplaatsen voor de foto. Stiepeltekens zijn versieringen die zijn aangebracht op een stiepel (uitneembare middenstijl in de niendeur van een Oost-Nederlandse boerderij). Het stiepelteken bestaat uit een vorm van een maalkruis of zandloper die in het hout is gekerfd of gegutst. De oudste stiepels zijn uit de 15e eeuw, toen men behoefte kreeg aan bredere deuren en dit vroeg om een extra stutpaal in het midden waartegen ook de grote deuren zich konden sluiten. Om zoveel mogelijk alle onheil (blikseminslag, brand en hekserij) uit huis te houden geloofde men in de sterke werking van deze tekens.

vrijdag 26 oktober 2012

Noaberschap

Vandaag in museum TwentseWelle bezoekers gevraagd naar hun rituelen. Veel verschillende varianten van bekende Twentse rituelen gehoord, maar waar iedereen het over eens is: zonder borrel geen ritueel!


Vlöggeln in Twente!

Vandaag hebben wij de Rituelenkar in TwentseWelle weer in alle glorie opgetuigd om de komende dagen in het museum bezoekers naar hun (Twentse) rituelen te vragen. Uiteraard hebben we ook de medewerkers van het museum gevraagd:

'Nee, nou nee, rituelen, nee die heb ik niet'. Maar zoals we wel vaker hebben gemerkt komen de verhalen pas los als je wat langer met mensen praat, zo ook deze keer: "Vlöggeln: 7 vrijgezelle mannen, of zijn het er 5?, met een regenjas aan, je weet wel zo een potloodventersjas, een sigaar, een gleufhoed op gaan hand in hand in processie, in een sliert naar de kerk. Iedereen sluit aan. Vroeger ging je ook door de huizen heen, voordeur in en achterdeur uit zingend: De heer is waarlijk opgestaan, haleluja!". Een medewerkster zong ons voor:


Pasen

Pasen wordt in Ootmarsum op bijzondere wijze gevierd. Overal in Nederland kent men traditionele paasgebruiken, maar vlöggeln doet men alleen in Ootmarsum. Het is een uniek gebeuren met tal van rituelen volgens een vast patroon. De oorsprong van dit bijzondere paasgebruik is in nevelen gehuld. Wel staat vast dat het zeer oud is. In de Overijsselsche Almanak voor Oudheid en Letteren uit 1840 staat het vlöggeln al vermeld. De algehele leiding over de paasgebruiken berust bij de poaskearls. Dit is een groep van acht rooms-katholieke ongetrouwde jongemannen, die in Ootmarsum geboren moeten zijn. Ieder jaar gaan er twee af en komen er twee bij. Men is dus vier jaar in functie, maar eigenlijk is men poaskearl voor het leven. Vanaf de eerste zondag van de vasten tot de eerste zondag na Pasen zijn zij druk in de weer, want er moet veel geregeld worden om alles volgens de traditie te laten verlopen. Op paaszaterdag wordt met drie ouderwetse boerenwagens op het Springendal hout voor het paasvuur gehaald. Men komt bijeen op het Marktplein. Veel inwoners van de stad gaan met de poaskearls mee. Even na zonsondergang rijden de drie met dennenhout opgetaste wagens - symbolen van God de Vader, Zoon en Heilige Geest -, elk getrokken door twee sterke trekpaarden, de stad binnen. Beide paasdagen beginnen met "de rondgang rondom de Wheeme". In alle vroegte trekken de poaskearls, samen met veel stadsgenoten, door de kleine straatjes van de binnenstad. Zij zingen dan afwisselend de twee eeuwenoude paasliederen "Christus is opgestanden" en "Alleluja den blijden toon". Het sonore geluid van de mannenstemmen klinkt haast mystiek in de ochtendstilte.

Vlöggeln

Aan het eind van de middag, op zowel Eerste als de Tweede Paasdag, wordt er gevlöggeld. Traditiegetrouw doen veel Ootmarsummers hieraan mee. De poaskearls komen samen op de Poaskamp, een weiland gelegen op de oostelijke helling van de Kuiperberg. Zij lopen al zingend, de vier oudsten voorop, één keer rondom het paashout. Vandaar gaat men naar het begin van de Grotestraat - niet ver van de vroegere stadspoort - waar de oudste poaskearl een sigaar opsteekt. Vervolgens legt hij een hand op zijn rug, de volgende poaskearl pakt deze en de rest van de poaskearls en vlöggelaars volgt. Zij trekken luid zingend de stad in. Steeds meer stadsgenoten en andere belangstellenden sluiten zich bij de rij aan. Hand in hand gaat de lange mensenslinger door de straten van Ootmarsum. Afwisselend worden de twee paasliederen gezongen. De voorzanger, die achter de Poaskearls loopt, zet in en iedereen zingt mee. Degene die de vele coupletten niet uit het hoofd kent, kan een paasbrief kopen met de tekst van de liederen. Zo trekt men volgens een vaste route door de binnenstad, rondom stiepels van huizen, en zelfs dwars door enkele cafés, waar voor de Poaskearls een borreltje geschonken wordt. Het vlöggeln eindigt op de Markt, waar de menselijke keten zich als het ware oprolt en ontbindt. Tot slot zingt men dan nog één keer de beide paasliederen, waarna onder luid hoera-geroep kinderen hoog in de lucht worden geheven. Op Eerste Paasdag wordt 's avonds op de Poaskamp het paasvuur ontstoken.


uit de canon van Ootmarsum

maandag 6 februari 2012

De Rituelenkar van Amsterdam zuidoost naar het oosten van het land














Van 10 februari t/m 25 maart 'de Rituelenkar' bij Perron 1 in Delden
www.mikc.nl
De kar gaat nu op zoek naar nog meer (verborgen) rituelen, ditmaal binnen de Overijsselse Streekcultuur. In Perron 1 in Delden is de kar een maand lang te bewonderen en worden bezoekers uitgenodigd hun eigen rituelen te verhalen.
Kijk ook op www.tijdelijkzicht.nl/derituelenkar.html